Ron Meyer - openingsbeeld

 

expert

Ron Meyer

hoogleraar strategisch leiderschap TIAS Business School

“Leiderschap is het vermogen anderen mee te krijgen"

 

Ron Meyer is hoogleraar strategisch leiderschap aan de TIAS School for Business & Society en de Antwerp Management School. Hij pleit voor het leiden van organisaties door te inspireren en te motiveren. Daar past het uitoefenen van formele macht niet bij. “Leiderschap gaat over het vermogen anderen vrijwillig te laten volgen of mee te krijgen.”

Registercontrollers kunnen Meyer kennen als docent van de finance academy van de VRC. “Ik ben niet zozeer alleen een wetenschapper. Ik vind het juist leuk om de brug te slaan tussen praktijk en theorie. Ik begeleid dan ook naast mijn hoogleraarschap managementteams en bestuursleden met de wetenschappelijke kennis in de hand. Het heet strategisch leiderschap omdat in die term een aantal zaken bij elkaar komen: het leiden van mensen in processen van strategievorming, organisatie-inrichting, innovatie, verandermanagement, internationalisering en ondernemerschap. Bij al die elementen horen vragen. Wat zouden we moeten doen als organisatie? Hoe krijgen we dat dan voor elkaar? Kortom, de hamvraag is hier: welke richting moeten wij op? Daar zit al snel een andere vraag aan vast: Hoe betrek ik mensen in het samen bepalen van de koers? Hoe mobiliseer ik mensen? Dat gaat eerder over leiderschap tonen dan over leidinggeven. Ik vrees dat in Nederland die begrippen door elkaar zijn gaan lopen. Daarom verwijs ik vaak naar de Engelse taal waar leading en managing toch echt twee verschillende zaken zijn. Leiderschap gaat over verleiden, het vermogen anderen te laten volgen of mee te krijgen, over overtuigen, inspireren en soms disciplineren.”

Zonder formele macht

Dat is wat anders dan mensen vertellen wat ze moeten doen oftewel managen. Meyer: “Als jij als manager benoemd bent en je maakt alleen maar gebruik van je formele macht, dan is dat een zwaktebod. ‘Jij moet een taak uitvoeren. Waarom? Omdat ik de baas ben’. Dan gaan de hakken van je medewerkers al snel in het zand. Elk mens heeft een eigen wil. Je probeert jouw wil dan op te leggen aan de ander. Dat kweekt rebellie. En het creëert een transactionele relatie. Ik krijg salaris en daarom kom ik naar mijn werk. Terwijl je juist naar een engagerende relatie toe wil. Dat is leading without formal power. Hoe creëer ik een relatie dat jij wilt wat ik wil en we het dus samen doen? Dat gaat over de ander verleiden. Ook in een organisatie wil ik liever niemand dwingen om mee te gaan in een verandering, maar wil ik ze verlokken om aan boord te komen. Zodat de ander die je wilt meenemen zegt: ‘ik wil wel met jou mee op die reis.’” Dat leiden en verleiden wordt belangrijker, nu organisaties diverser zijn dan ooit en mensen hun overtuigingen en verlangens meenemen naar hun werk. “Waar in de jaren tachtig iedereen zich schikte naar wat de baas wilde, brengt nu iedereen zijn persoonlijkheid mee en zoekt naar purpose en voldoening. Medewerkers willen werken aan iets dat waardevol voor hen in. Dus moet je als leider engageren. Oftewel: de doelen van de organisaties zo inspirerend maken dat een individu daar graag aan bij wil dragen.”

Drie valkuilen voor registercontrollers

Meyer maakt de overstap naar wat dat betekent voor registercontrollers. Hij formuleert drie valkuilen. “Een veelvoorkomende misperceptie is dat je puur vanuit de inhoud probeert mensen te overtuigen en een kant op te laten bewegen. Maar ik heb nog nooit iemand geïnspireerd zien raken van een spreadsheet. Invloed heb je vanuit een relatie met iemand, niet vanuit de data. Als registercontroller ben je wellicht niet snel geneigd om te denken in termen van beïnvloedingsrelaties en het winnen van hearts and minds. Maar leiden kun je alleen maar vanuit relaties. Ik zeg niet dat registercontrollers dat deel negeren, maar de neiging bestaat om vanuit feitelijkheden mensen aan te spreken.”

 

“Leiderschap gaat over verleiden, het vermogen anderen te laten volgen of mee te krijgen, over overtuigen, inspireren en soms disciplineren.”

 

Kale cijfers zeggen niet zoveel

De tweede valkuil voor registercontrollers: een fixatie op de resultaten. “Heel eerlijk gezegd: die kale cijfers zeggen niet zoveel. Want resultaten zijn een uitvloeisel van de 281 stappen die daarvoor zijn gezet. Wil je met je cijfers verandering inzetten of een effect sorteren, dan moet je naar die stappen ervoor kijken. Hoe draait de organisatie, welke elementen heb je nodig om tot een succesvol resultaat te komen en wat mist er dan? Dat is bij topsport net zo. Met 2-0 verliezen is een interessant resultaat, maar de vraag is waarom? En het kan zo maar zijn dat 2-0 eigenlijk een fantastisch resultaat is. Registercontrollers kunnen echt waarde toevoegen door het graven naar het begrip achter de cijfers. 

Ron Meyer: “Invloed heb je vanuit een relatie met iemand, niet vanuit de data.”

Ron Meyer tweede beeld

Ook weefgetouw is weggeautomatiseerd

Bij die valkuil hoort dat cijfers en zelfs de financiële analyses tegenwoordig meer en meer uit computers komen. Meyer: “Dat neigt dus routinewerk te worden dat kan worden geautomatiseerd. De man of vrouw met een weefgetouw deed ook routinewerk en is ook weggeautomatiseerd. Dan zijn er twee opties: of je staat met die relationele band als businesscontroller een managementteam nauwgezet bij met jouw kritische inzicht over wat er speelt in de organisatie. Of je voegt je bij ICT om de motor van financial control, dat deel wat wordt geautomatiseerd, steeds beter te maken. Je ziet dat door deze ontwikkeling de behoefte aan businesscontrollers stijgt en aan financial controllers daalt.”

Tegenspel of tegenstander

Dan valkuil nummer drie. “Er is een dunne lijn tussen tegenspel en tegenstand bieden aan het management. Ben je sparringpartner of ga je echt boksen? Bij de juridische afdeling kunnen ze dat dilemma ook tegenkomen. Voordat je het weet word je gezien als afdeling nee, de politieagent. Met uiteindelijk als gevolg dat het managementteam je links laat liggen. Een controller moet niet controleren. Dan grijp ik weer naar het Engels: to control is sturen of beheersen. Controleren is to check. Als registercontroller moet je helpen sturen. De ene keer is het nodig om met de vuist op tafel te staan. De andere keer moet je juist de zachte hand gebruiken om effectief te zijn. Dat is per situatie afhankelijk. Dus moet ook de leiderschapsstijl telkens anders zijn. Het probleem daarbij is dat je vaak een voorkeursstijl hebt. En die dus altijd hanteert. Die stijl is niet in alle gevallen effectief. Wij leren dan ook registercontrollers wat hun favoriete stijl is en hoe ze andere stijlen kunnen hanteren. Zie het als een voetballer die zijn minder ontwikkelde linkerbeen ook traint. Zijn rechterbeen is top, maar zijn linkerbeen moet mee om in een wedstrijd meerdere situaties aan te kunnen.”    

 

“Registercontrollers kunnen echt waarde toevoegen door het graven naar het begrip achter de cijfers.”

 

Meerdere stijlen hanteren

Meerdere stijlen kunnen hanteren, werkt thuis ook. “Probeer het maar eens. Bij je kinderen kun je ook niet continu zeggen dat je de baas bent. Dat kun je een paar keer doen. Daarna gaan ze langs je heen en doen ze toch wat ze zelf willen.” Maar wat als er in een managementteam een ethische kwestie speelt? Moet je dan niet een streep trekken? Meyer: “Natuurlijk kan je je formele macht gebruiken om iets te verbieden. Maar dan moeten ze zich gedragen terwijl je wil dat ze zich willen gedragen. Ik zou dan ook een reactie formuleren in de trant van ‘ik kan me niet voorstellen dat je dit zou willen doen’. Of: ‘je begeeft je op een glibberig pad.’ Of: ‘als we dit doen, creëren we de verkeerde cultuur’. Daarmee geef je aan degene die met die ethische kwestie kwam, aan wat de normen zijn, maar ontneem je hen niet de verantwoordelijkheid om zelf het juiste te kiezen.”

Educated guesses

Verschillende stijlen kunnen hanteren, maakt wendbaar, constateert Meyer. “Dat is hard nodig. We hebben een hang naar zekerheid en leven vaak in de illusie dat we de toekomst kunnen beheersen. Ik mag hopen dat de coronacrisis en de oorlog in Oekraïne ons geleerd heeft dat dat laatste niet het geval is. Zelfs met scenarioplanning kun je de werkelijkheid niet vatten. Je kunt alleen enkele mogelijke toekomsten verkennen Met strategische plannen zijn we in feite educated guesses aan het nemen. Een strategie is niets anders dan een onderbouwde gok, een inschatting dus. Niets meer dan dat. Eigenlijk is de strategie een portfolio of bets. Als registercontroller probeer je die inschattingen zo goed mogelijk neer te zetten of daarbij te helpen. Naarmate de toekomst zich ontvouwt, moet je telkens bijstellen, aanscherpen of het roer omgooien. Kortom, wendbaar zijn als organisatie. Aan jou als registercontroller de taak de beweging te kanaliseren. Ik zeg bewust beweging. Denk niet dat je een hele organisatie en de toekomst in je hand hebt. Je bent nooit in absolute control. Je probeert alleen de omstandigheden die je kunt beïnvloeden zo optimaal neer te zetten om de kans op succes te vergroten.”

Registercontroller als sherpa

Meyer toont tot slot zijn voorliefde voor metaforen. “Zie het als het beklimmen van de Mount Everest. Je hebt een plan gemaakt. Je plant dat je van kamp één naar kamp twee en drie gaat. Enzovoorts. Tot naar de top. Je gaat klimmen. Halverwege slaat het pad weg dat je had uitgestippeld. Wat nu? Als registercontroller ben jij de sherpa. Je kunt mensen niet de berg opjagen en ook niet dragen. Het team staat te kijken. Wat zouden we moeten doen? Als sherpa probeer jij ze aan het denken te zetten. Zijn er alternatieve paden? Je gebruikt daarbij de relatie om ze de mogelijkheden te laten zien. Dan kan het niet anders dan dat het team toch nog een alternatief pad vindt. Mede dankzij jou.”         

Ron Meyer - kaderbeeld

Ron Meijer: “Een strategie is niets anders dan een onderbouwde gok, een inschatting dus.”

Ron Meyer

Functie: Hoogleraar strategisch leiderschap.
Organisatie: TIAS School for Business & Society en de Antwerp Management School. 
Leeftijd: 61. 
Thuissituatie: Getrouwd en vijf kinderen.
Ambitie: Mijn intellectuele reis om de wereld te begrijpen nog jaren te mogen voortzetten.
Grootste uitdaging: Een balans te slaan tussen gezin, werk, vrienden en alle andere prachtige zaken die het leven te bieden heeft.
Favoriete dingen: Reizen (zowel fysiek als intellectueel) en mensen helpen in hun ontwikkeling (zowel klanten als mijn eigen kinderen).