Stefan Buijsman

Foto's: Merlijn Doomernik

expert

Stefan Buijsman

Universitair docent filosofie en AI

“Technologie moet bijdragen aan de maatschappij"

 

Stefan Buijsman, nu 28, promoveerde op 20-jarige leeftijd in Zweden op het onderwerp filosofie en wiskunde, schreef boeken over wiskunde en kunstmatige intelligentie en is nu universitair docent aan de Technische Universiteit Delft. “Ik ben graag met maatschappelijk relevante zaken bezig zijn.”

Het verhaal van de achtergrond van Buijsman klinkt welhaast als dat van een wonderkind. Hij studeerde op zijn achttiende af in filosofie aan de universiteit in Leiden, vertrok naar Zweden om daar een vierjarige doctoraal in anderhalf jaar te behalen. De filosofie achter wiskunde was zijn specialisatie. Het was voor hem dan ook niet meer dan logisch om na zijn doctoraal een boek te schrijven over het ‘waarom’ achter wiskunde. “In eerste instantie heb ik informatica en sterrenkunde gestudeerd om vervolgens naar filosofie te gaan. Voor het wiskundeveld op zich was ik te ongeduldig. Je moet daarbij netjes stapjes volgen in de formule, maar ik heb een snel denkpatroon. Dus dan sla je stappen over waardoor de berekening mis kan gaan. Ik merkte dat een abstractieniveau hoger – het waarom achter de wiskunde en hoe het is ontstaan – me meer lag. Na mijn doctoraal was het schrijven van het boek een logisch vervolg.” Het boek verscheen in vijftien landen. “Mijn bedoeling daarmee was om te laten zien dat wiskunde veel dichter bij ons staat dan we vaak denken.” 

Plussen en minnen 

Voor wie nieuwsgierig is naar dat boek: het heet ‘Plussen en minnen’ en het kwam in 2018 uit. In datzelfde jaar verscheen van zijn en de hand van Govrien Oldenburger het kinderboek ‘het Rekenrijk’ met eigenlijk hetzelfde doel. De filosofie achter wiskunde had zijn hart, maar Buijsman merkte dat hij daar weinig maatschappelijke impact mee kon maken. “Onderzoeksmatig kom je dan al snel uit bij hoe jongeren leren en hoe je dat proces beter kunt maken. Maar die onderwijsprocessen liggen vrij vast. Je kunt bij onderzoek ook niet makkelijk een onderdeel isoleren zodat je duidelijk kunt aanwijzen hoe leerlingen beter wiskunde tot zich kunnen nemen.” Kunstmatige intelligentie trok hem daarom meer aan. In 2020 kwam er daarom nog een boek, met de titel ‘AI: Alsmaar Intelligenter’. “Het was toen al een hype, maar het onderwerp trekt sindsdien alleen maar meer aandacht. Zeker met ChatGPT.” Ook dat boek legt uit. In dit geval wat AI is, wat het kan en of we er ons zorgen over moeten maken. “Kunstmatige intelligentie is voor mij maatschappelijk relevanter.” Naar aanleiding van het boek werd hij door de TU Delft gevraagd om onderzoeker te worden. Na een half jaar werd hij universitair docent. “Hier zitten we dicht op maatschappelijk relevante projecten, zoals bij het UWV of de Erasmus Medisch Centrum, over het gebruik van algoritmes, machine learning en kunstmatige intelligentie.” 

Controller ook vaker digitaal 

De VRC’er die Buijsman ergens van denkt te kennen, kunnen we geruststellen. Hij hield webinars, cursussen en livesessies bij de VRC. “Daar vertel ik over de ethiekkant van data en algoritmes. Dan begin ik met de vertellen hoe AI werkt en welke ethische risico’s om de hoek komen kijken. Registercontrollers zijn in hun bedrijven continu bezig om in control te zijn. Dat doen ze door bepaalde controlepunten in organisatie te hanteren. Nu organisaties en hun processen meer steeds digitaal worden, zijn ook de controls vaker digitaal. Dus moet je als registercontroller weten of die digitale processen goed geregeld zijn. Met inachtneming van de risico’s, die ook vaak financiële implicaties hebben. Al was het maar vanwege de kunstmatige intelligentie verordening, AI Act, die vanuit de Europese Unie op organisaties afkomt. Let wel, registercontrollers hoeven echt geen datascientists of programmeur te worden, maar ze moeten wel de juiste vragen weten te stellen. Zodat ze niet alleen op de blauwe ogen van de ICT’er af hoeven te gaan om te weten of de controlemechanismen op hun plaats zitten en of de organisatie aan wet- en regelgeving voldoet.”

“Ik heb wel door de jaren heen moeten leren dat, als ik snel ga, ik andere mensen in een traject kan kwijtraken.”

Weet wat een algoritme kan

Buijsman geeft voorbeelden waarbij het misgaat met algoritmes. “We hebben natuurlijk het bekende voorbeeld van de Belastingdienst waarbij een algoritme discrimineert. Maar tijdens de coronacrisis keurde een algoritme om fraude op te sporen bij een creditcardmaatschappij afrekeningen van toiletpapier en tuingereedschap af. Omdat het ineens heel veel ongebruikelijke transacties waren. Terwijl die prima te verklaren waren door een mens, maar niet door een computer. Datzelfde gold bij logistieke ondernemingen voor het aantal bestellingen toen het coronavrius uitbrak. De voorspellingen van die bestellingen klopten voor geen kant meer. Het helpt voor de registercontroller om te weten waar algoritmes goed in zijn en waarin niet. Over het algemeen geldt: als er een goede kwaliteit van data is in een afgebakend gebied met een heldere probleemstelling en weinig sociale context, kun je er prima een algoritme op loslaten. Bijvoorbeeld: supermarkten gebruiken algoritmes om de verkopen van fruit en groente te voorspellen en hadden zo al snel twintig procent minder voedselverspilling. Dat voorbeeld laat zien dat algoritmes meer hulpmaatjes zijn, dan dat ze de absolute waarheid vertellen. Het is en blijft een computer. Die ziet enen en nullen. Die heeft het inzicht niet om te weten waar het over gaat. Die mist context.” 

Wat moet het algoritme niet doen? 

Projecten in kunstmatige intelligentie gaan dan ook volgens Buijsman voor tachtig procent over het hebben en vinden van kwalitatief goede data. “Tien procent heeft maar te maken met de kunstmatige intelligentie. De overige tien procent gaat over testen en zeken weten of het klopt.” Kortom, garbage in, is daarbij nog altijd garbage out. Buijsman raadt dan ook organisaties aan om na te denken over wat ze niet willen dat het algoritme doet. “Bijvoorbeeld het principe van gelijke behandeling moet je meenemen in de opzet. Om een voorbeeld te geven: als je als basis neemt dat een bank alleen een lening geeft aan mensen die niet in de schulden komt, kom je vaak bij dezelfde groep mensen uit. Ga je groepen even vaak een lening verstrekken, dan ben je maatschappelijk verantwoord en non-discriminerend bezig, maar dat leidt per definitie tot minder winst. Denk de uitgangspunten voor algoritmes en de gevolgen van dergelijke keuzes uit. Ik merk dat iedere organisatie vervolgens zijn eigen struggle heeft waar je dan zo goed mogelijk mee om moet gaan. Doorloop evenwel dat proces nauwkeurig en zorgvuldig. Doe je dat niet, dan mis je een deel van de context. De schandalen die we met AI hebben gezien, onder andere bij de Belastingdienst, zijn daar de oorzaken van.” 

Levensles 

Buijsman is recent 28 jaar geworden en hij wil hoogleraar worden. “Geen idee wanneer precies, maar dat is wel mijn ambitie inderdaad. Dat wil ik wel behalen met een team van interdisciplinaire onderzoekers, waarbij ik voor teamleden ook ondersteuning en kansen kan creëren.” Of hij merkt dat hij op zijn 28e een jonge en dus vreemde eend in de bijt is? “Nee, dat heb ik niet zo. Ik zie alleen maar mensen in de wetenschap die net zo gedreven zijn. Ze zijn oprecht met problemen bezig. Of iemand nu 65, 20 of 30, dat maakt me niet uit. Hooguit in de brugklas merkte ik wat van leeftijdsverschil. Ik was iets minder bezig met de hormonen dan klasgenoten. Maar ik had vervolgens altijd wel iets gezamenlijks om met hen op te trekken. Ik heb wel door de jaren heen moeten leren dat, als ik snel ga, ik andere mensen in een traject kan kwijtraken. Dan moet ik langzamer gaan. Dat is een goede levensles geweest.”

“Registercontrollers hoeven echt geen datascientists of programmeur te worden, maar ze moeten wel de juiste vragen weten te stellen.”

Sand boxen 

Techbedrijven hekelen wetgeving vanuit de EU. Zij zien het als beknotting van innovatie in AI. “Ik snap die reactie niet”, zegt Buijsman. “Non-discriminatie, veiligheid, transparantie en menselijk toezicht. Allemaal uitgangspunten die we allemaal, ook techbedrijven, zouden moeten willen hanteren. De EU biedt zelfs de mogelijkheid om te sand boxen. Een sand box-omgeving geeft ontwikkelaars de mogelijkheid om geïsoleerd van de productieomgeving toepassingen te ontwikkelen en te testen met weinig risico. Ik zie dat er een grote lobby is vanuit techbedrijven om de regels af te zwakken. Dat vind ik jammer. Dit zijn duidelijke basisprincipes waar we het snel eens over moeten kunnen zijn.” Ook de angst voor AI begrijpt Buijsman niet. “Het risico dat de mensheid uitsterft door kunstmatige intelligentie die zich tegen de mens keert, is echt science fiction. Daar zijn we lichtjaren van verwijderd. Systemen doen wat wij willen dat ze doen. Eigenlijk is AI nog heel basaal. Alleen plaatjes van een keuken die gelabeld zijn als keuken herkent deze als keuken. In ChatGPT zijn jarenlang zoveel teksten gestopt en gerecenseerd door mensen, dat de computer een beeld kreeg van wat goede inhoud is en wat niet. Kortom, wij zitten zelf aan de knoppen.” 

Ontrafelen oorzaken ziekten 

Tot slot: wat is het beste voorbeeld van AI dat Buijsman kent? “AlphaFold van Google. Dat programma voorspelde van zo'n 170.000 eiwitten de structuur in bijna 90 procent van de gevallen goed. AlphaFold kan onderzoekers helpen bij het ontrafelen van de biochemische oorzaken van ziekten en bij het ontwikkelen van nieuwe medicijnen. Bij het ontwikkelen van medicijnen wordt namelijk vaak gebruikgemaakt van hoe een eiwit er in drie dimensies uitziet, maar die vorm moet dan wel eerst bekend zijn. Door dat te kunnen voorspellen weet je dus ook of medicijnen in het lichaam aanslaan. Dat is zoiets moois, in een duidelijk omlijnde context met hoogwaardige data uit het laboratorium. Daar heb je echt wat aan. Daar is technologie voor bedoeld.”

Stefan Buijsman

Stefan Buijsman: “Het risico dat de mensheid uitsterft door kunstmatige intelligentie die zich tegen de mens keert, is echt science fiction.”

Stefan Buijsman

Functie: Universitair docent 
Organisatie: Technische Universiteit Delft 
Leeftijd: 28
Thuissituatie: getrouwd  
Ambitie: de vaak abstracte ethische begrippen voor AI vertalen naar concrete handvaten voor tijdens het ontwerp en voor de controle(s) achteraf. 
Grootste uitdaging: begrippen vertalen tussen vakgebieden en maatschappelijke partners, zorgen dat we optimaal inspelen op elkaars uitdagingen en expertise koppelen.
Op persoonlijk vlak: geduld hebben en niet te snel willen. 
Ik heb een hekel aan: Wachten.  
Favoriete dingen: Goed eten (ik kook ook veel zelf), kunst en literaire fictie.